Verontwaardigd, verdrietig en boos – reactie van een overlever op het rapport van de commissie Hendriks en de Tweede Kamer.

Op 14 juni ’23 deed Gideon van Meijeren een oproep in de commissie vergadering om het onderzoek van de commissie Hendriks in een aparte vergadering te bespreken. Tot mijn grote verbazing, maar ook diepe teleurstelling, was dit geen optie. Wel zou elke fractie een hele minuut extra tijd krijgen  om op het dossier te reageren. 1 hele minuut extra voor een rapport dat ten eerste vreselijk dik is en ten tweede, waar elk belangenpartij die te maken heeft met ritueel misbruik, concreet, onderbouwd commentaar op heeft. Waarbij de grote vraag gesteld wordt of het onderzoek wel juist is uitgevoerd.

Een rapport dat van te voren al als kansloos werd gemaakt, doordat het onder justitie en veiligheid zou vallen en een rapport waarbij de overlevers die wel hebben gesproken aangegeven hebben dat er geen recht gedaan is aan hun woorden.

Ik heb als overlevende van ritueel misbruik niet meegedaan aan de oproep voor een interview. Wat ik te vertellen heb, maakt in mijn ogen geen schijn van kans bij een commissie die onder justitie valt. Toch hoopte ik dat de dappere anderen recht gedaan zou worden in hun spreken, maar zelfs daar wil de tweede kamer geen recht aan doen door er een beetje extra aandacht aan te besteden. Door überhaupt te onderzoeken of het rapport aan de eisen heeft voldaan en of het rapport het recht heeft een goed onderzoek genoemd te worden. Iets waar de tweede kamer eindverantwoordelijk voor is!

Hoe kan ik tegen andere overlevers zeggen, dat er hoop is wanneer we over ons land praten. Dat we recht hebben op bestaan en dat we beschermd zullen worden als we praten. Hoe kunnen we werkelijk ervaren dat er een kans is op gerechtigheid wanneer de politiek keer op keer wegkijkt en niet luistert naar wat wij te zeggen hebben? Met deze laatste zet waarin er geen eigen ruimte komt voor het rapport en waar er 1 minuut extra tijd gegeven wordt, is voor mij de deur naar hoop in de politiek definitief dicht. Laat dat woord, hoop, nou net het woord zijn waardoor ik nog in leven ben en waardoor ik dag in dag uit keihard heb geknokt om in leven te blijven, om te herstellen en voor anderen uit deze netwerken op te komen. Wat blijft er nog over?

Ik voel me in en in diep teleurgesteld en dat laatste sprietje hoop is volledig weggevaagd. Ik moet denken aan het lied van De Groot: Minister President welterusten. Slaap maar lekker in uw mooie witte huis…..